Museum van Textiel en Sociale Geschiedenis Jannink
Het museum is 6 jaar geleden opgegaan in Museum TwentseWelle.
Bedankt voor uw aandacht.
Twentse Welle
Het Rozendaal 11
7523 XG Enschede
DE collectie Jannink in Enschede laat zien hoe de industrialisatie
het leven van de mensen heeft veranderd. Het architectonische kader wordt
gevormd door een van die textielfabrieken die vroeger in groten getale
hun stempel op het uiterlijk van de regio Twente hebben gedrukt.
Gewerkt wordt er in dit industriemonument al lang niet meer, maar toch
staan hier de spin- en weefmachines nog regelmatig aan.
De collectie betrekt de museumbezoeker direct bij de veranderingen
die in het verleden plaatsvonden. Verteld wordt er over de lange traditie
van het weversambacht in de regio en hoe in een kort tijdsbestek boeren
en thuiswerkers in fabrieksarbeiders veranderden.
Verder worden het zware werk achter de machines en de vooruitgang
van het fabrieksysteem getoond. Tegelijkertijd maakt een tijdreis door
vijf woonkamers duidelijk hoe er geleidelijk aan welvaart en de techniek
hun intrede deden in de privé huishoudens – tot aan de hedendaagse
pc.
De fabriek was al in 1819 door de voormalige lakenkoopman Egbert Jannink
op een andere locatie opgericht. Door expansie ontstond een van de grootste
industriecomplexen in Enschede. In 1900 vond de verhuizing naar het huidige
gebouw plaats.
Deze video bestaat uit 3 delen die gaan over de textiel industrie in
Twente in de veertige jaren. Bekijk eerst deel 1 en daarna deel 2 en 3
zodat U een aansluitend geheel ziet van ruwe katoen tot bedrukte stof
textielplus
Architect was de Engelsman Sidney Stott die in Twente
een veel gevraagd man was. Hij verwezenlijkte zijn bouwprojecten, zoals
toentertijd gebruikelijk was, gewoonlijk in samenwerking met Engelse machineproducenten.
Op deze manier konden de fabrieken met de sleutel op de deur worden opgeleverd
– inclusief de machines. Sinds 1980 is op de begane grond van het grondig
gerestaureerde gebouw het museum Jannink gevestigd. De overige verdiepingen
worden als woningen gebruikt.
Bij de beschrijving van het gebouw mag de voor de Lancashire
typische toren niet onvermeld gelaten worden. Deze aanvankelijk voor het
gebouw met één verdieping berekende toren werd in 1908 verhoogd,waarschijnlijk
als voorbereiding voor de toen reeds geplande bouw van een tweede verdieping,
die in 1911 verwezenlijkt werd. In deze toren is het waterreservoir voor
de sprinklerinstallatie ondergebracht.
Helaas wordt deze brandbeveiliging in het gerestaureerde
gebouw niet gehandhaafd.
In het Textielmuseum zullen we alleen nog maar de peilschaal
kunnen zien, die in de traptoren aangebracht was teneinde altijd te kunnen
zien of er voldoende water in het reservoir aanwezig was.
foto: Ringspinmachine in fabriek Gerh. Jannink Enschede (1905)
Maker: fotograaf: Friesendorp
Arbeid in de Twentse katoenindustrie
Twente was een van de meest geïndustrialiseerde
gebieden van Nederland. Tussen 1850 en 1960 rookten hier de hoge schoorstenen.
Mannen, vrouwen en kinderen hadden vaak geen andere keus dan in de fabriek
te gaan werken. Het werk in de lawaaierige, stoffige, hete en vochtige
textielfabrieken was zwaar en lang. Geen wonder dat de arbeiders vaak niet
tevreden waren.
Vader met kinderen
Voordat er stoommachines waren, bediende een wever met
de hand één weefgetouw. In 1852 werd de eerste weverij met
een stoommachine gesticht in Almelo. Een alleenwerkende wever kon nu twee
mechanische getouwen tegelijk bedienen. Samen met een kind was het zelfs
mogelijk vier getouwen tegelijk te bedienen. Bediende de wever twee getouwen,
dan kreeg hij drie gulden loon. Waren het er vier dan was het loon het
dubbele. Vader en kind konden dus samen met zes gulden per week thuiskomen.
In 1890 hield wever Frans Weltevreden zelfs zes getouwen aan de gang. Hij
schreef: "Ik sta tusschen mijn beiden kinderen in, een jongen van 16 en
een meisje van 13 jaar. De jongen, die flink en vlug werkt, behandelt 2
getouwen; ik houd echter toezicht op alle zes getouwen en wij helpen zoo
elkander."
foto Textielbaas waarschuwt zijn personeel.
Prent van Albert Hahn sr., verschenen in Zondagsblad
Het Volk, 16 december 1906. Collectie IISG
tekst: De Patroon: Ik lees daar in de krant, dat jullie
zooveel jutevezels in de longen krijgt. Dat moet uit zijn. Denk jullie
dat de jute mij op den rig groeit?
TERUG |